Hoofdorgel

Het eerste orgel in de Grote Kerk te Vianen werd gebouwd door Abraham Meere in Empire-stijl en dateert uit 1803. Het bestond uit een orgel met hoofdwerk, bovenwerk en aangehangen pedaal. In de loop der tijd hebben verschillende bouwers gewerkt aan het orgel totdat bij de kerkrestauratie in de jaren 50 van de 20e eeuw het binnenwerk werd verkocht. De bestaande kassen werden verplaatst naar de torenmuur en kregen een lichte kleurstelling. Willem van Leeuwen bouwde een nieuw orgel in de bestaande kassen. Het orgel had toen een hoofdwerk, een rugwerk en een zelfstandig pedaal. Een derde klavier werd gereserveerd evenals enkele stemmen op het hoofdwerk.

Het orgel van Van Leeuwen behoefde dringend restauratie. Het pijpwerk was veelal kapot gestemd, de windvoorziening was niet goed meer – het orgel had een door Van Leeuwen geoptimaliseerd VEKA-windlade-systeem – en de mechaniek was veelal versleten. Na een grondige voorbereidingsperiode werd besloten om de het Van Leeuwen-orgel te verkopen en een nieuw orgel te laten bouwen door Manufacture d’Orgues Thomas. Dit orgel werd in 2010 opgeleverd. De bestaande kassen werden gerestaureerd en hersteld naar de situatie Abraham Meere (zo werd o.a. het rugwerk weer loos).

* Gefaseerde registertrekker; fase 1 betreft Unda Maris, fase 2 betreft Praestant 8′ discant
** Viola di Gamba 8′ C-H gecombineerd met Roerfl uit 8′
*** Gefaseerde registertrekker; fase 1 zonder tertskoor
**** Gefaseerde registertrekker; fase 1 zonder tertskoor

Manuaalomvang: C-f”’ Stemming: Neidhardt
Pedaalomvang: C-d’ Toonhoogte: a’ 440 Hz

Manuaalkoppel bas/discantdeling ad libitum
Pedaalkoppel manuaal
Pedaalkoppel positief

Tremulant

Kabinetorgel

Het kabinetorgel, dat in 1955 in bezit kwam van de Hervormde Gemeente als geschenk van de toenmalige particuliere eigenaar, is – zo blijkt uit de meest recente restauratie – met grote zekerheid toe te schrijven aan J.J. Vool en dateert van omstreeks 1804.

Het orgel werd in 2000 uit de kerk verwijderd aangezien er restauratiewerkzaamheden aan de kap van het gebouw (daarna ook het pleisterwerk) zouden worden uitgevoerd. In 2010 werd het gerestaureerd door orgelbouwer Hans van Rossum onder advies van Aart van Beek. Bij deze restauratie werd de oorspronkelijke toonhoogte hersteld.

Het orgel klinkt nu op 423 Hz. bij 17 graden. Ook werd de voettrede voor getreden wind gereconstrueerd. Verder vond een volledig eerherstel van kas en instrument plaats.

Het orgel zal worden ingezet bij kamermuzikale concerten en (t)rouwdiensten.

De dispositie luidt:

Holpijp 8
Fluyt trv 8
Prestant 8
Fluyt 4
Octaaf 2
Gemshor 1

Met uitzondering van de prestant 8 zijn alle registers opgedeeld in bas- en discant. De prestant is alleen in de discant aanwezig.

Kistorgel

Het kistorgel is aangeschaft in 2004 en wordt gebruikt voor de vieringen in het Vrouwenkoor van de kerk. Daarnaast wordt het instrument verhuurd voor concerten in de Grote Kerk.
Het instrument werd gebouwd door Pels en Van Leeuwen en beschikt over 3 stemmen waarvan de holpijp 8 altijd spreekt. De fluiten 4′ en 2′ zijn registreerbaar gemaakt.
Voor gebruik bij moderne en oude muziekinstrumenten is het orgel transponeerbaar van 441 Hz naar 415 Hz. Het beschikt over een grote draagkracht en volume maar is daarentegen nooit fel of overheersend in haar klankgeving.